donderdag 26 januari 2012

Zuid-Soedan - land of hope and pride

Ik noem dit bericht, Zuid-Soedan - land of hope and pride. Het heeft me nogal wat denkwerk gekost; hoe ga ik de reis naar Zuid-Soedan verwoorden. Moeilijk! Want, sommige dingen laten zich echt niet in woorden vangen! Ik kan natuurlijk vertellen wat we allemaal gedaan hebben, maar dat was niet de essentie van deze reis. Ik kan vertellen wat we gezien hebben, dan komen we al dichter bij de kern. Daarom veel foto's in deze blog. Vooral zou ik willen vertellen, wat we ervaren hebben. En dan is het zoeken naar woorden.

Er waren magische momenten. De aankomst in Juba, de hoofdstad van de Republiek Zuid-Soedan. De landing en het eerste contact met dit nieuwe land. Met grote letters werd ons toegeroepen dat we op onze plaats van bestemming waren:


In het vliegtuig ontmoetten wij ook de eerste Zuid-Soedanezen. We waren best onder de indruk, wat zijn deze mensen lang, en wat zijn ze donker! Vooral waren we geinteresseerd in, waar komen deze mensen vandaan? We probeerden glimpen van hun paspoorten op te vangen. Canada, de Verenigde Staten. Sommigen spraken we aan. Lost boys - zoals de naar de VS gevluchte Soedanese jongens genoemd worden (lees het boek Wat is de Wat, van Dave Eggers), we zagen in onze beleving een aantal van hen lopen.


Spannend was het, toen we ons meldden bij de douane. We moesten ons vervoegen bij de balie voor de 'aliens'. De grote vraag was voor ons, hoe gaat het nu verder? Hoe lang gaan wij op deze luchthaven bivakkeren? Krijgen we een visum, ja of nee. En krijgen we allemáal een visum? Voor één van onze reisgenoten zat er nl. nog een addertje onder de aanbevelingsbrief die we van de nieuw opgerichte Zuid-Soedanese ambassade hadden meegekregen... (insiders information:-).
Maar het bleek een geldkwestie. Voor $100 dollar p.p. kregen wij een mooi - naar Indiaas model - visum in ons paspoort van een behulpzame Indiase employee.

Onze eerste ontmoeting maakte gelijk duidelijk dat we in een nieuw land waren, op grote billboards werd elke voorbijganger gelukgewenst met de nieuwe start


en eraan herinnerd dat bij een nieuw land, een nieuw begin hoort:


De volgende dag was het zondag, 1 januari 2012. Ik heb de dag beleefd als een hoogtepunt van de reis. Van te voren had ik onvoldoende gerealiseerd, dat dit de eerste Nieuwjaarsdag in vrijheid voor de Zuid-Soedanezen was. Happy New Year werd ons toegeroepen op straat en in de kerkdienst die wij bezochten. Wat straalde er een blijdschap van de gezichten. Ik herinner mij de dag als de Happy Faces Day!  
De kerkdienst was helemaal in het teken van de eerste dag van het jaar. De organisatie was perfect. Jongerenkoortjes kwamen om beurten naar voren voor een feestelijk lied met dans en iedereen genoot. Niet in het laatst de dominee, die ook zijn preek hield in het kader van de nieuwe start. De tekst waarover hij preekte, kwam uit Galaten 5: 13 en 14: Broeders en zuster, u bent geroepen om vrij te zijn. Misbruik die vrijheid niet om uw eigen verlangens te bevredigen, maar dien elkander in liefde, want de hele wet is vervuld in één uitspraak: "Heb uw naaste lief als uzelf". Heel toepasselijk en ook pastoraal; de dominee legde vooral de nadruk op het liefhebben van jezelf, dat is belangrijk, zeker na wat de mensen allemaal hebben meegemaakt in de achterliggende decennia. Om vertrouwen te hebben in anderen, moet je allereerst vertrouwen hebben in jezelf.


Bij het onderstaande plaatje mag de lezer eerst raden wat het is:


precies, goed geraden, het is een door kinderen gemaakt werkplaatsje. Prachtig, de fantasie van de kinderen en de mogelijk om van niets iets te maken!

We hebben gereisd, van Juba naar Yei, naar Yambo, naar Mundri een weer naar Juba. Een rondje vanaf Juba naar het zuiden, naar het westen en weer naar Juba. Hoe hebben we gereisd, met een lokaal busje (vanuit Juba nog mogelijk), met gehuurde auto's (vanuit Yei) en achterop een vrachtwagen (vanuit Mundri het enige vervoermiddel).

Wat oponthoud kwam nogal eens voor,


wat ons de gelegenheid gaf om ons met de lokale bevolking op te houden,


of van het prachtige landschap te genieten.


De laatste rit zoals gezegd, was in de laadbak van een truck.


Met deze truck hebben we ook nog een tijdje bij het politiebureau gestaan. De eigenaar van het hotel waar we overnacht hadden, was boos en werd steeds bozer op ons, maar wij wisten niet goed waarom. Ja, hij wilde Zuid-Soedanese ponden en geen Amerikaase dollars. Maar de dollar is meer waard, meneer en onze ponden zijn op. Wat nu? Betalen in natura? Een horloge of iets anders? Lijkt het zo niet op een primitieve ruileconomie? Mee naar het bureau! Heb je dat gezegd, dat deze meneer primitief is? Nee, ik heb gezegd, het lijkt hier wel een primitieve ruileconomie. O, als je dat gezegd hebt, is de eer van deze meneer gered. En zo konden wij na onze dollars betaald te hebben, weer verder reizen.

Trots, dat is waar je steeds mee geconfronteerd wordt in Zuid-Soedan, vooral bij onderhandelingen. Dat is best lastig om te signaleren, als dat niet je eigen uitgangspunt is. Je bedenkt, vanuit je eigen kader, allerlei scenario's voor de oplossingen van een probleem. En overziet niet, dat Zuid-Soedanezen vanuit andere waarden denken.



Na een dag achterop de truck meegereden te hebben, was er weinig meer aan ons wat niet onder het zand zat.


En dan zijn we weer terug in Juba. Ons begin -en eindpunt van de reis. Ook een tussenstation voor veel Zuid-Soedanezen die tijdens de burgeroorlog hun huis zijn kwijt geraakt, naar het noorden zijn gevlucht en nu weer terug zijn in hun eigen land. Velen hebben geen huis en wachten tot ze weer terug kunnen naar hun eigen dorp, of naar een andere plek.


Ondertussen wordt er van alles gedaan om de kost te verdienen. Aan creativiteit geen gebrek!



Op onze laatste wandeling door Juba, worden we geconfronteerd met de voorbije oorlog. Resten van oorlogsmateriaal liggen te wachten om opgeruimd te worden, maar er zijn andere prioriteiten in dit land.

Tussen de restanten spelen kinderen. Speelse, vrolijke, nieuwsgierige en ondeugende kinderen.


Die serieus hun steentje al bijdragen..


In de kampen zien de mensen er niet gezond uit. Vooral de oudere mensen hebben een trieste blik in hun ogen. Welke ellende hebben ze al gezien en meegemaakt? Wat een zegen, om de veerkracht van kinderen te zien. Zuid-Soedans hoop voor de toekomst!


Er is veel hoop nodig voor Zuid-Soedan. Er is ook twijfel of het ooit wat gaat worden. In de week waarin wij het land bezochten, kregen we via de BBC berichten over 2000 doden. Het zijn met name vrouwen en kinderen, die bij stammenstrijd ten noorden van Juba om het leven zijn gekomen. En nog dagelijks is deze strijd in het nieuws. Vele duizenden mensen zijn alwéer op de vlucht en zitten in de bush te wachten tot de kust veilig is, of hulp gearriveerd is. Waar gaat het om, bij deze stammenstrijd? Voor zover bekend, om koeien, de trots van de Soedanezen, en om de eer van de stam.


Zal de hoop de trots overleven in Zuid-Soedan? Of zal de trots vernietigend zijn? Laten we het vertrouwen niet verliezen! En hopen en bidden dat de Soedanezen zichzelf zó zullen liefhebben, dat ze ook hun naasten zullen liefhebben. 

Met dank aan Ies Goedbloed Sr. die deze reis geleid heeft, aan Willian, aan Wilke (2 van bovenstaande foto's zijn van haar), aan Peter, aan Ronnie en aan Arjan, voor hun reisgezelschap, vriendschap en aanstekelijke reislustigheid.